De in 1954 geboren Philippe Foerster studeerde aan de afdeling beeldverhaal van het Institut Saint-Luc in Brussel. Daar volgde hij les bij Claude Renard en maakte hij kennis met o.a. Philippe Berthet, Antonio Cossu, François Schuiten en Andreas.
Dat was eind jaren 70, een periode waarin het beeldverhaal nieuwe wegen insloeg. In die context liep Philippe Foerster in 1980 Gotlib tegen het lijf bij Fluide Glacial, het blad waarvoor hij meer dan 20 jaar lang talloze zwart-witverhalen maakte. Daarin zijn zwartgallige humor en fantasie nauw met elkaar verweven. De titels van zijn strips zijn veelzeggend: L’appel du fossoyeur (de roep van de grafdelver), Instants damnés (vervloekte momenten) en La raison du plus mort (de rede van de doodste ziel), om er maar enkele te noemen. Zijn vertelstijl wordt beïnvloed door Jean Ray, Michel de Ghelderode, Allan Edgar Poe, Ray Bradbury en Flannery O'Connor. Zijn grafisch werk vindt aansluiting bij Willy Vandersteen, Jacques Tardi, Will Eisner en Jack Davis.

In 1987 maakte de held Starbuck zijn opwachting in Robbedoes. De moderne, vrolijke en pittige stijl viel in de smaak bij kinderen met een boontje voor vreemde, duivelse avonturen. In 1988 schreef de kunstenaar het scenario voor het album L’œil du chasseur (het oog van de jager) van Philippe Berthet. In 1995 schreef hij een scenario samen met Andréas.

In 2005 stelde hij zijn lezers voor aan een volwassen Pinocchio in de reeks Gueule de bois (houten hoofd). Sindsdien bleef Philippe Foerster zijn œuvre uitbreiden. We citeren o.a. het in 2010 gepubliceerde La Frontière (de grens), waarin hij de western laat opleven, Le confesseur sauvage (de wilde biechtvader) uit 2015 en Un air de gravité (een vleugje zwaartekracht) uit 2019. Al die albums werden uitgebracht door Glénat. Van die Franse uitgeverij kan u in onze zalen telkens een reeks originele werken terugvinden.

De tentoonstelling schetst een gul overzicht van 40 jaar werk en nodigt bezoekers uit om zich (vaak huiverend) onder te dompelen in de wereld van Philippe Foerster.

De tentoonstelling werd opgezet in samenwerking met de vzw Sur la Pointe du Pinceau.